Daar lees je tegenwoordig precies veel over (of ik toch) in blogs voor leraren en op pinterest zag ik het ook al een aantal keer verschijnen. Eerst kende ik het niet, maar toen beseft ik dat ik het vroeger als kind ook al speelde. Maar dan wel thuis.
Veel leerkrachten maken in hun klas aan de muur of aan het bord een plaatsje vrij om daar een veld te maken voor de letters van hun BOGGLE spel. Ik neem Boggle op in mijn hoekenwerk. Ik vertelde eerder al over mijn hoekenwerk, de kinderen die sneller klaar zijn met de oefeningen uit het werkboek mogen af en toe in het hoekenwerk. Hier zijn opdrachten bij die op de computer worden uitgevoerd (heel leuk bij de lln.), opdrachten omtrent wiskunde, taal, lezen, en wo. De kinderen vinden dit wel leuk en hebben zo altijd iets te doen.
Er is bij dit hoekenwerk ook een limiet voor het aantal keer dat ze een spel mogen spelen. Dat is 5 keer. Ze moeten hun naam op een blad schrijven en daar telkens een streepje achter zetten voor hoeveel keer ze in die groep of hoek zitten.
Maar nu terug naar Boggle, waar dit bericht over gaat.
Ik maakte 50 kaarten met letterroosters. Uiteraard vulde ik de letters ook al in.
Ook maakte ik een blaadje waarop de leerlingen 45 gevonden woorden kunnen schrijven. Bovenaan dit blaadje schrijven ze hun naam, de nummer van de gebruikte kaart, en eventueel de namen van de groepsleden.
Onderaan het blad is er plaats voorzien om het aantal gevonden woorden te noteren en eventueel ook het aantal punten.
Omdat ik Boggle in mijn hoekenwerk wil inplannen, maakte ik hiervoor ook een hoekenwerkfiche. Deze ziet er als volgt uit. Mijn hoekenwerkfiches worden op gekleurd papier afgedrukt, zo is het voor mij overzichtelijk, maar ook voor de leerlingen. Dan weten ze dat elke kleur een ander vak is.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Laat hier je reactie achter